De Nederlanden van 1845 (Café Dudok)
Café Dudok was het kantoor van de levensverzekeringmaatschappij De Nederlanden van 1845 op de hoek van de Meent en Westewagenstraat.
- Gem. Monumenten
Café Dudok was het kantoor van de levensverzekeringmaatschappij De Nederlanden van 1845 op de hoek van de Meent en Westewagenstraat.
In 1951 werd de eerste paal geslagen voor een nieuw gebouw voor het blindeninstituut op de Kipstraat in Rotterdam.
Dit beeld is bestemd om door de eeuwen heen de gedachtenis te bewaren aan een van de diepste punten uit de geschiedenis van onze stad en van ons volk.
Alsof je een schilderij van Anton Pieck binnenloopt, zo voelt Poffertjessalon Seth. Het familierecept van de poffertjes is al jarenlang onveranderd.
Vrijwilligers vertellen bezoekers graag verhalen over de Laurenskerk. Maar ze hebben zelf ook mooie persoonlijke verhalen te vertellen.
De vader van meneer van Mastrigt begon na de oorlog met een postorderbedrijf, tussen de noodwinkels. Postzegels verzamelen werd steeds populairder.
Ze heeft altijd hard aan haar carriere gewerkt, terwijl de stad weer op werd gebouwd. Mevrouw Pols is trots op haar huis boven de Meent.
Dentilia is de oudste zaak aan de Hoogstraat tussen de Mariniersweg en het Oostplein. De zaak heeft een rijke geschiedenis.
De broers van Wijk vertellen over hun jeugd in het Hoogkwartier. Ze bouwden vlotten voor op de grote plassen water die in oude bomkraters lagen.
Mevrouw Pothuizen keerde na 32 jaar weer terug naar Rotterdam. Als jong meisje woonde ze de openingen van nieuwe gebouwen bij.
Verschillende buurtbewoners vertellen in een buurtkroeg over het Hoogkwartier en hun herinneringen. Zoals over de losgeslagen stier op de Veemarkt.
De levendigheid in de stad, daar houdt mevrouw Schipper van. Ze woont in het Potlood, het markante gebouw naast station Blaak.