• Articles

Zeemanshuis Stella Maris

Zeemanshuis Stella Maris

Dinsdag 27 October zal het een grote dag zijn voor het Rotterdamse Zeemanshuis „Stella Maris". Want dan zal de deken van Rotterdam, mgr. J.H. Niekel, het nieuwe gebouw aan de Willemskade 13 plechtig inwijden. Met de ingebruikneming van dit nieuwe gebouw zal het Apostolaat ter Zee de reeds te klein geworden behuizing aan de Van Vollenhovenstraat vaarwel kunnen zeggen.

De Tijd 20 oktober 1953

Behoeden voor drank en prostitutie

Stella Maris in Rotterdam was onderdeel van een grote, internationale katholieke organisatie, die de ‘sociaal-culturele en zedelijk-godsdienstige belangen van de zeelieden’ behartigde. Al vanaf 1854 waren er Zeemanshuizen in Rotterdam, om zeelieden een alternatief te bieden voor drank en prostitutie. Vaak waren zij, net als de zeemanskerken, gericht op een specifieke nationaliteit. Stella Maris was niet gericht op één nationaliteit, maar op één geloof; op katholieke zeelieden. De Rotterdamse afdeling van Stella Maris startte in 1924. Tot 1933 had men de beschikking over een tehuis in Katendrecht. Na de Tweede Wereldoorlog betrok men een gebouw in de Van Vollenhovenstraat, maar dit bleek al spoedig te klein. Verbouwingen bleken niet de oplossing en daarom werd besloten tot de bouw van een zeemanshuis met recreatiegelegenheid en een hotel- en restaurant-accommodatie. Voor de katholieke zeelieden werd ook een kapel gebouwd.

Waar de zeeman, die hunkert naar wat vertier, naar een praatje en naar wat gewone omgang met een meisje, zich kiplekker voelt, wetende dat men het niet op zijn gage-dikke beurs heeft voorzien en waar de jonge vrouw hem tegemoet treedt met die openheid, die men in de vriendenkring aan elkaar verschuldigd is en die een mens verheft. Alleen in die sfeer raakt de zeeman, dan even als een geestelijke verademing, als in een rustpoze tussen de lange reizen ver van huis, zijn grote melancholie kwijt, vindt hij zijn eenzaamheidsgevoel opgelost bij het schijnsel van een huiselijke lamp, bij een babbeltje met eindelijk eens andere mensen, dan die hij op het toch te kleine schip, dat tegelijk zijn huis en zijn fabriek is, steeds om zich heen heeft. Hier bedienen vlugge handen hem: koffie, een biertje, andere dranken; hier praat hij honderd-uit, hier kan hij lezen, schrijven, een spelletje doen: ping-pong of schaak of kaart. Hier zingt hij uit volle borst een lied, in 't Noors, Italiaans, Spaans, Frans, Goeanees of zelfs Chinees.

Het Vrije Volk 24 februari 1949

Vertrouwde wereld

Het Zeemanshuis kreeg een logische plek aan de oever van de Nieuwe Maas op het deel van de Willemskade dat tijdens het bombardement verwoest was. Zo kon de bezoekende zeeman ‘zijn blikken kunnen laten glijden over het water, de schepen, en kranen, kortom over zijn eigen, zo vertrouwde wereld.’ Het gebouw is ontworpen door de architecten Harry Nefkens (1918-2018) en A.J.M. Buijs (1897-1986). Het was één van de eerste projecten van Nefkens, die in 1947 was gestart als zelfstandig architect, en zeer actief was in de wederopbouw. De eerste paal werd geslagen op 31 mei 1952; iets meer dan een jaar later was het gebouw klaar.

Hotel

Het gebouw heeft een betonconstructie en bestaat uit een hotelgedeelte en een restaurant, recreatiezaal en kapel. De begane grond had een open glazen gevel. De hotelgevel is van gele geglazuurde baksteen. De hotelkamers liggen op de tweede en derde verdieping: tien eenpersoonskamers en één tweepersoonskamer voor echtparen. Door middel van onderschuifbedden konden de eenpersoonskamers worden uitgebreid. Er was op elke verdieping een douche en een toilet. Op de eerste verdieping waren de kamers van de geestelijken van het apostolaat.

Kapel met betonsgrafitto

Op de begane grond lag rechts van de ingang het restaurant met plaats voor 60 personen. Aan de linkerkant ligt de kapel, die in de gevel is gemarkeerd door een licht gekromd betonnen scherm van vier bij vier meter met een betonreliëf van de Rotterdamse kunstenaar Bas van der Smit (1915-1996). De betonsgrafitto in de kleuren zwart, wit en rood stelt de Madonna met het kind voor, die de zeeman, die twee handen aan het stuurrad houdt, beschermt tegen de woelige wateren. In de kapel is een belangrijke plek voor het beeld van Maria Sterre der Zee, dat in 1940 als een der weinige bezittingen uit het brandende gebouw kon worden gered. De kapel biedt plek aan circa veertig personen.

Recreatiezaal tot aan de Westerstraat

Verder bevond zich op de begane grond de receptie van het hotel en een garderobe. Via een trap was de twee meter lager gelegen recreatiezaal bereikbaar. Deze zaal van ruim 300 vierkante meter liep helemaal door tot de Westerstraat, waar ook een extra ingang was. In de zaal kon men biljarten, pingpongen en dansen. Er was een bar en een winkelgedeelte.

In de kelder waren de keuken en toiletten.

Door dit nieuwe huis, dat Woensdag 28 October officieel door burgemeester van Walsum zal worden geopend, zullen de paters van het H. Hart, die belast zijn met de zielzorg onder de zeelieden, hun arbeid nog intensiever kunnen uitvoeren dan tot nu toe. De bestaande activiteiten, correspondentie-behandeling, lectuurvoorziening, gezellige avonden, etc. zullen op de normale wijze worden voortgezet.

Het hotel heeft een accommodatie voor ten hoogste vijftig personen. Mocht in de toekomst echter blijken, dat dit te gering is, dan kan het gebouw uitgebreid worden. Hiermee is n.l. bij de bouw van de achtergevel rekening gehouden, terwijl het voorts mogelijk is, het aantal verdiepingen nog met één uit te breiden.

De Tijd 20 oktober 1953

Anno nu

In 1960 werd het gebouw uitgebreid aan de achterzijde (aan de Westerstraat), zodat de capaciteit op 70 hotelkamers kwam. Stella Maris is tussen 1998 en 2000 gerenoveerd en uitgebreid door Eric Geill en Henk Meijer van BIAS Architecten. Dit bureau heeft ook het appartementencomplex ernaast gerealiseerd. Het Zeemanshuis is tot de volgens het bestemmingsplan toegestane maximale bebouwingshoogte opgetopt, even hoog als de appartementen. De opbouw van drie lagen is een staalconstructie, die als los object boven het gebouw is geplaatst. De opbouw wordt in de voorgevel ondersteund door een kolom en een vanwege de stabiliteit V-vormig juk; op andere plekken zijn de constructie-elementen gewoon door het gebouw heen gevoerd. De bestaande lift is doorgetrokken naar boven. Het gebouw is een gemeentelijk monument. Het gebouw is eigendom van de STC Group, waar ook het Scheepvaart en Transport College onder valt.

Architect
H.N.M. Nefkens en A.J.M. Buijs
Artist
B. van der Smit
Period
1951-1953
Location
Willemskade 13, Rotterdam, Nederland
Subjects
Buildings Municipal Monuments
Neighborhoods
Scheepvaartkwartier
Buildings
Churches Hotels