• Articles

Het smeedwerk van herinnering aan Karl Gellings

In Het smeedwerk van herinnering vertelt Paul Gellings over zijn Rotterdamse familie en in het bijzonder over zijn grootvader Karl Josef Gellings. Deze was in 1892 geboren in Duitsland, werd in de Eerste Wereldoorlog door de Fransen krijgsgevangen gemaakt en wilde na zijn vrijlating emigreren naar Amerika.

Zon Oogziekenhuis Karl Gellings

"Ook al wilde mijn grootvader naar Amerika, hij kwam echter niet verder dan Rotterdam, ontmoette daar mijn oma Paulina en bleef er de rest van zijn leven wonen. Kort na zijn naturalisatie tot Nederlander maakte hij het bombardement van 14 mei 1940 mee en speelde na de bevrijding een actieve rol bij de wederopbouw van de stad. Dat deed hij in zijn hoedanigheid van kunstsmid, een beroep waarin hij excelleerde en waarmee hij in Rotterdam grote waardering oogstte.

Nalatenschap

De iconische spuitkronen van de Rotterdamse Hofpleinvijver zijn van zijn hand, evenals de symbolische zon op het Oogziekenhuis aan de Schiedamse Vest. Vanwege zijn scheppingsdrang en hang naar esthetiek heb ik me altijd met hem verwant gevoeld, en hij heeft me altijd gefascineerd, die kleine, bescheiden man die tot een paar keer toe door de grote geschiedenis was ingehaald en uit wiens handen onveranderlijk betoverend werk tevoorschijn kwam.

Rotterdam

Heb ik mijn grootvader goed gekend? Ja en nee. Hij stierf in 1959 toen ik net zes was, maar de herinneringen die ik aan hem bewaar zijn even scherp als intens. Hij droeg verschrikkelijke episodes uit de wereldgeschiedenis in zich mee, waar hij nooit over praatte, maar was in zijn grootvaderschap volledig aanwezig, een zachtaardige, speelse en liefhebbende opa. In zijn werkplaats aan de Soetendaalseweg maakte hij speelgoed voor me, timmerde er zelfs een hele opbergkast voor en draaide af en toe om me aan het lachen te maken ‘een boom’ uit zijn dunne haar. Ook met oma Paulina had ik een sterke band, net als met een aantal andere familieleden, mijn grootouders van moederskant, mijn ouders, ooms en tantes, neven en nichten, die de revue passeren in het boek.

Maar het is vooral mijn grootvader Karl geweest die letterlijk en figuurlijk aan de wieg heeft gestaan van de Rotterdamse jaren die ik parallel aan mijn kindertijd in Amsterdam heb meegemaakt. Ik groeide in Rotterdam op in twee werelden: het Oude Noorden waar mijn grootouders van vaderskant woonden en de Westzeedijk bij mijn grootouders van moederskant. De stad is voor mij hoe dan ook altijd een zinderende smeltkroes geweest van historische en persoonlijke gebeurtenissen. Nog steeds blik ik met weemoed terug op de havens als even zovele poorten naar de verte, de intiemere singels, de schoonheid en het gebroken hart.

Boek 'Smeedwerk van herinnering'

De herinneringen hebben geresulteerd in het boek Smeedwerk van herinnering waarvan hier een korte passage te lezen is (de vrouw is mijn oma Paulina en de jongens zijn mijn vader Paul en mijn oom Carl, de latere modeontwerper ‘Cargelli’ en oprichter van de Vrije Academie Rotterdam):

‘Het gebeurde onder het middageten. De ochtend was dreigend en stil geweest. Hoe stond het bij de Maasbruggen, waar nog gevochten werd? De frontlinie in het centrum? Was Rotterdam al gevallen? Er gingen geruchten over watervliegtuigen in de Waalhaven, Duitse parachutisten op de bruggen. De radio vermeldde dat koningin en regering naar Engeland waren gevlucht. Omstreeks kwart over twaalf had de vrouw haar twee jongens naar binnen geroepen, want er scheerde een vliegtuig zo laag over de daken van het Oude Noorden dat je de piloot in zijn koepel kon zien zitten. Niet lang daarna luchtalarm, lange gillende uithalen, algauw overstemd door het ronken, grommen, brullen van motoren. De hemel zwart van zwermen monsters. Vervolgens het fluiten en inslaan van bommen. Niet te zeggen waar. De donder vertelt ook niet waar de bliksem huishoudt. Meer zou het gezin in elk geval niet afwachten en de jongens hadden hun boterhammen laten staan.’

Artist
Karl Josef Gellings
Period
1892-1959
Subjects
Guest contributions