- Artikelen
Wereldhaven
Tussen de Goudsesingel, de Vondelweg, de Warande en de Boezemsingel ligt de Rotterdamse wijk Wereldhaven, gebouwd tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Het enige project in de Rotterdamse wederopbouw dat nog tijdens de oorlog werd gebouwd is Wereldhaven. Dat is het gebied tussen de Goudsesingel, de Vondelweg, de Warande en de Boezemsingel. Het bestaat uit grootstedelijke bouwblokken met winkels en woningen langs de Goudsesingel en laagbouw rond groene hoven erachter. 15 april 1941 ging de eerste paal de grond in en ondanks de bouwstop van 1942 werd het complex afgebouwd. Op 23 januari 1943 waren de eerste woningen klaar. De naam Wereldhaven is afgeleid van de bouwmaatschappij n.v. De Wereldhaven, die overigens maar een deel van het project met 508 woningen realiseerde.
Monumentaal stadsbeeld
Het gebied is grotendeels door één architect vormgegeven, Jan Wils, die het eerste, grootste gedeelte ontwierp. Belangrijker is de stedenbouwkundige opzet van W.G. Witteveen, wiens ideeën voor een monumentaal stadsbeeld van het wederopgebouwde Rotterdam alleen hier zijn gerealiseerd. Stadsarchitect Witteveen werd in 1944 vervangen door zijn assistent C. van Traa, die een veel functioneler stedenbouw voor ogen stond, wat resulteerde in het Basisplan. Toen was dit stadsdeel echter al vrijwel klaar.
Het tweede gedeelte werd tussen 1949 en 1951 gebouwd en is ontworpen door de architecten J.C. Bolten, D. Dürrer en AE.G. & J.D. Postma. In de noordoosthoek van het gebied stond tot 2008 het markante schoolgebouw van de Ammanstichting. Dit fraaie wederopbouwmonument is helaas gesloopt; een braakliggend stuk grond herinnert hieraan.
Groene parkway
Oorspronkelijk zou het hele gebied tussen Goudsesingel en Goudserijweg volgens de principes van Witteveen worden bebouwd, met centraal de Warande als een groene parkway. Pas nadat de Veemarkt begin jaren zeventig hier verdween kwam de benodigde ruimte vrij, maar Witteveens ideeën waren reeds lang verlaten. De vrijgekomen ruimte werd gevuld met portieketagewoningen volgens de toen heersende stadsvernieuwingsdoctrine.
Binnenhoven
De architectuur van het complex van Wils is karakteristiek voor de overgang tussen de traditionele baksteenarchitectuur van de jaren dertig en de geïndustrialiseerde woningbouw van de jaren vijftig. De wanden zijn van baksteen en de vloeren van beton. Behalve baksteen wordt er in de gevels gebruik gemaakt van geprefabriceerde betonelementen en stalen kozijnen. Maar er zijn ook traditionele details, voornamelijk bij de laagbouwblokjes, zoals de afgeronde goten. Ook zijn overal schuine daken toegepast. De open verkaveling van de laagbouwblokken is een voorteken van latere stedenbouwkundige inzichten.
Het complex bestaat grofweg uit twee delen: een langgerekt, grootschalig woongebouw van vijf en zes woonlagen op een onderbouw met winkels met haaks daarop in hoogte aflopende woningblokjes in het groen. Het hoge woongebouw wordt ontsloten door galerijen aan de achterzijde, de Herman Robbersstraat; de liften en trappenhuizen zijn buiten het bouwblok gesitueerd. Hier bevinden zich ook de toegangen tot de winkels, die een brede plint vormen. Op die brede plint ligt een woonstraat als in het Justus van Effencomplex, die echter door de slechte oriëntatie op de zon weinig aantrekkelijk is.
De achterliggende blokjes woningen lopen in hoogte af van vier naar drie naar twee bouwlagen. De woningblokken liggen aan openbaar toegankelijke groene collectieve binnenhoven. Door het gebied loopt een voetgangersroute. Pittoreske garages en beplanting schermen de hoven af van de Herman Robbersstraat. Aan de Vondelweg vormt een hoger bouwblok de afsluiting van het wijkje. Van strokenbouw is geen sprake; er zijn straten met aan weerszijden de woningentrees en binnenhoven. De woningen hebben een portiekontsluiting en zijn voorzien van balkons en pergola’s in een betonnen raamwerk. De moderne architecten en stedenbouwkundigen hadden veel kritiek op het complex. Zo stond de hoge bebouwing aan de zuidkant een goede bezonning van de woningen aan de groene hoven in de weg.
Winkelstraat
Het gebied rond de Goudsesingel was voor de oorlog een beruchte achterbuurt. Gemeentebestuur en stadsarchitect waren niet rouwig om de verwoesting van dit deel van de stad. Maar de Goudsesingel was ook belangrijk als één van de drukst bezochte markten van Nederland. Behalve de winkels in de woningbouw van Wils was hier in de oorlog een noodwinkelcomplex gebouwd.
Maar een echt levendige winkelstraat is de Goudsesingel niet meer geworden. Vooral de drukke verkeersfunctie en de excentrische ligging bleken onoverkomelijk.
Het zal nog wel een poosje duren voor de laatste noodwinkel is ontruimd en met de grond gelijk gemaakt. Maar iedere slag van de mokers brengt Rotterdam dichter bij het ideaal: de Goudsesingel een brede, moderne en veilige wandel- en winkelboulevard.
Rotterdams Parool 12-8-1952
- Locatie
- Herman Robbersstraat, Rotterdam, Netherlands
- Buurten
- Wereldhaven
- Objecten
- Goudsesingel 015 t/m 049 (oneven), Herman Robbersstr. 001 t/m 023 (oneven) en 018 t/m 048 (even), Willem Schürmannstr. 005 t/m 031 en 035 (oneven), Brussestr. 006 t/m 030 en 034 (even), Carel van Nieveltstr. 005 t/m 029 (oneven) en 006 t/m 032 (even) Goudsesingel 051 t/m 113 (oneven), Herman Robbersstr. 052 t/m 114 en 025 t/m 053, Vondelweg 244 t/m 264 (even), Leopoldstr. 001 t/m 029 en 002 t/m 032, Johan de Meesterstr. 001 t/m 031 en 002 t/m 032, Bernardus Gewinstr. 001 t/m 035 en 002 t/m 036 en