• Artikelen

Een buurt als een geoliede machine

Ooit was het Hoogkwartier een echte autobuurt – een industrieel netwerk. Autobedrijf Van Geest is een van de laatste overgebleven garages.

2e Sint Janshof Marlies

Autobedrijf Van Geest is een van de laatste overgebleven garages in het Hoogkwartier. Ooit waren in het Hoogkwartier veel garages te vinden, de kunstruimte De Garage, de naam zegt het al, is bijvoorbeeld ook ooit gebouwd als garage. Het verhaal van eigenaar Peter de Jager laat zien hoe bedrijvig de auto-industrie in het Hoogkwartier ooit was. Hij herinnert zich de tijd dat de buurt helemaal gericht was op de auto-industrie. “Je had alles in de buurt”. In de expeditiehoven achter de Hoogstraat waren verschillende werkplaatsen te vinden: plaatwerkerijen, spuiterijen, garages en daarnaast waren in de buurt ook showrooms ondergebracht. Het liep als een geoliede machine. Een icoon van de lokale industrie was het Motorpaleis op de hoek van de Goudsesingel en de Mariniersweg. “Daar kwamen in het weekend drommen mensen op af.”

“Een icoon van de lokale industrie was het Motorpaleis op de hoek van de Goudsesingel en de Mariniersweg. “Daar kwamen in het weekend drommen mensen op af.”
Hoogkwartier 5

Woon- en werkbuurt

Het pand waarin de zaak van meneer de Jager is gevestigd is optimaal ingericht voor het gebruik als garage. De vloeren lopen schuin. De auto’s kunnen eenvoudig aan de zijde van het expeditiehof de garage inrijden en aan de voorzijde de ruimte weer verlaten. De expeditiehoven, met hun binnenstraatjes, vormen eigenlijk een soort schaduwnetwerk door de hele buurt. Het Hoogkwartier werd tijdens de wederopbouw bestemd voor een combinatie van kleine industrie en woningbouw. De grote werkruimten aan de expeditiehoven waren ideaal voor het huisvesten van kleine industriële bedrijven. Boven de winkel- en werkruimten was plaats voor woningen. Het Hoogkwartier is dus echt bedoeld als een woon- en werkbuurt.

De grote werkruimten aan de expeditiehoven waren ideaal voor het huisvesten van kleine industriële bedrijven. Boven de winkel- en werkruimten was plaats voor woningen. Het Hoogkwartier is dus echt bedoeld als een woon- en werkbuurt.

Lokale industrie

De afgelopen decennia is de lokale industrie sterk veranderd. De industrie is beetje bij beetje verdwenen nadat de gemeente de industrie uit de binnenstad begon te weren. “In vroeger tijden waren er ook smederijen in deze buurt gevestigd, maar tegenwoordig komt dat niet meer voor. Wij hebben ons bedrijf ook aangepast aan de huidige tijd. Zo is onze spuitcabine verdwenen en zorgen we ervoor dat er geen overlast is door bijvoorbeeld geen roetmetingen te doen.”

“In vroeger tijden waren er ook smederijen in deze buurt gevestigd, maar tegenwoordig komt dat niet meer voor.”

Glimmende tegeltjes

In de garage herinnert nog veel aan de vroegere tijden, zoals de glimmende tegeltjes aan de wanden en de gouden belettering op de winkelruit. Over de architectuur van de buurt heeft meneer de Jager geen uitgesproken mening. “De hofjes hebben hun charme, maar het zou pas echt leuk zijn als de buurt weer zou functioneren als een netwerk. Inderdaad, weer als een geoliede machine.”

“De hofjes hebben hun charme, maar het zou pas echt leuk zijn als de buurt weer zou functioneren als een netwerk. Inderdaad, weer als een geoliede machine.”
Het verhaal van
Peter de Jager Autobedrijf H&P van Geest
Onderwerpen
Verhalen